Ruslands grootste industriële bedrijven houden vast aan ESG-afspraken, zelfs nu beleggers vluchten – schrijft Louis Auge
Vóór het begin van zijn gewapende acties tegen Oekraïne was Rusland – ‘s werelds op drie na grootste uitstoter van broeikasgassen – geleidelijk op weg om de CO2-uitstoot te verminderen. Vorig jaar keurde de regering een plan goed om tegen 2060 koolstofneutraliteit te bereiken. Twee dozijn van de grootste industriële bedrijven van Rusland hadden ESG-ratings van wereldwijde bureaus, waaronder S&P en Sustainalytics, en hadden hun scores elk jaar verbeterd in lijn met langetermijnstrategieën.
Veel van deze plannen kunnen nu in de problemen komen. Russische bedrijven waren voor hun upgrade naar milieuvriendelijkere technologie sterk afhankelijk van de levering van Europese apparatuur, en deze toeleveringsketen is nu verstoord. Bedrijven als aluminiumproducent Rusal en ijzerertsmijnbouwer Metalloinvest kunnen hun ESG-projecten hierdoor uitstellen, meldde Bloomberg News vorige maand.
Bij gebrek aan ingevoerde elektronische sensoren heeft Rusland zelfs tijdelijk de normen voor auto’s en vrachtwagens verlaagd, aldus het dagblad Kommersant. Tijdens een “speciale periode” – van april tot december 2022 – zal de regering autofabrikanten toestaan de productie van Euro-5 voertuigen stop te zetten en in plaats daarvan Euro-0 te maken, wat verwijst naar de milieunorm die vóór 1992 in Europa en de VS werd gebruikt.
Gezien de omvang van de Russische economie, de afhankelijkheid van grondstoffen en het risico van technologische degradatie door handelsbeperkingen, is het voor het land van cruciaal belang om te blijven focussen op ESG – zelfs nu, ondanks het feit dat de interesse van beleggers voor de activa van het land is gekelderd, en slechts enkele binnenlandse bedrijven hun internationale notering misschien zullen kunnen behouden. Gelukkig houden toonaangevende Russische bedrijven zich tot nu toe aan hun ESG-afspraken, ondanks de geopolitieke beroering.
Sibur, de grootste petrochemische producent van het land, heeft een voortrekkersrol gespeeld op het vlak van ESG-initiatieven en is goed op weg om zijn ambitieuze doelstellingen te halen. Het bedrijf is van plan om tegen 2025 100.000 ton gerecycled polymeerafval te gebruiken voor de productie van groene PET-korrels. Sibur wil ook het aandeel groene energie in zijn productie vervijfvoudigen en streeft ernaar om tegen 2025 ten minste één van zijn productiefaciliteiten koolstofneutraal te maken. Vorig jaar lanceerde Sibur een net-nul samenwerkingsplatform met internationale bedrijven en het World Economic Forum om de reacties op de klimaatverandering te coördineren.
Deze initiatieven zijn grotendeels de verdienste van CEO Dmitry Konov, die een MBA van de Zwitserse IMD Business School heeft en de afgelopen 15 jaar aan het hoofd van Sibur heeft gestaan. Onder zijn leiding heeft Sibur 21 miljard dollar geïnvesteerd in nieuwe productiefaciliteiten en is het uitgegroeid tot een van ‘s werelds grootste kunststofproducenten, vergelijkbaar met BASF en LyondellBasell. Konov moest de rol van CEO afstaan nadat de EU hem in maart persoonlijke sancties oplegde, ondanks het feit dat Sibur geen staatseigendom is en Konov zelf een onafhankelijke topman is.
Severstal, Ruslands meest winstgevende staalproducent in handen van miljardair Alexey Mordashov, zei onlangs dat het zich ook zal blijven richten op duurzaamheid. Het bedrijf heeft prioriteit gegeven aan decarbonisatie, het verbeteren van de luchtkwaliteit en het helpen van regionale ontwikkeling, en zei dat het aandacht besteed aan ESG “niet alleen omwille van de kapitaalmarkten”. Severstal heeft zich eerder voorgenomen om de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met 10% te verminderen. Het bedrijf levert ook speciale staalsoorten voor zonne- en windenergieprojecten en ontwikkelt stalen buizen voor waterstoftransport. Een andere staalproducent – Viktor Rashnikov’s MMK – heeft gebruik gemaakt van een aantal geavanceerde technologieën, waaronder een door machine vision aangedreven gaslekdetectiesysteem, om de emissies te bewaken en te verminderen in lijn met zijn milieudoelstellingen voor 2025.
Nornickel, Ruslands grootste producent van nikkel en palladium, gaat door met de uitvoering van zijn programma van 4,3 miljard dollar om de uitstoot van zwaveldioxide in zijn productiefaciliteiten in het Noordpoolgebied tegen 2030 met 95% te verminderen. De nodige apparatuur, die grotendeels in Rusland wordt geproduceerd, wordt momenteel naar het bedrijf verscheept. Hoewel Nornickel problemen met de ontvangst van geïmporteerde apparatuur niet uitsluit, is het bedrijf vastbesloten zijn plannen uit te voeren en de luchtkwaliteit in de steden waar het actief is, te verbeteren.
Hoewel het in eerste instantie internationale investeerders, banken en ratingbureaus waren die de ESG-agenda in Rusland hebben gepusht, is duurzaamheid nu een centraal aandachtspunt geworden voor grote en verantwoordelijke binnenlandse bedrijven. Hoe dan ook, het terugdringen van schadelijke emissies om de klimaatverandering tegen te gaan, is een wereldwijde uitdaging die collectief moet worden aangepakt – en waarbij vooral grote industriële spelers als Rusland moeten worden betrokken. Ondanks politieke spanningen en economische beperkingen is het van cruciaal belang dat de wereldeconomie ESG-banden onderhoudt met het Russische bedrijfsleven.